Ondernemers zoeken zelf naar de beste kandidaat

Betaalt u een recruitmentfee? Een beetje ondernemer is zijn eigen recruiter. “Veel klanten denken dat we slapend rijk worden in ons vak.”

 

Recruiters laten zich in de toekomst steeds vaker betalen per verricht werk en niet meer met de traditionele recruitment-fee, die meestal bestaat uit een percentage van het jaarsalaris van de kandidaat. In plaats daarvan betalen bedrijven bijvoorbeeld alleen voor het bel- en praatwerk dat recruiters uitvoeren. 

Dat stelt Bas Westland van E-People op het weblog van zijn bedrijf. Hij vindt dat door de opkomst van Google en andere zoektechnieken, naast snel groeiende netwerksites als Linkedin, Xing en Hyves, steeds meer ondernemers die op zoek zijn naar kwalitatieve versterking zelf online een goede selectie kunnen maken van de mensen die geschikt en benaderbaar zouden zijn.

Niet betalen
Wat Westland betreft hoeven zijn klanten dan ook niet te betalen als ze zelf online research doen naar mogelijke nieuwe medewerkers. Ze kunnen dan zelf cv’s doorgeven en betalen alleen voor het benaderen of bellen van die mensen door E-People. De ondernemer laat daarmee een gangbaar businessmodel onder recruiters los.

“De hele flow en daarmee dus de hoeveelheid werk is transparant geworden. Dat geeft mogelijkheden voor een open calculatiemodel op verrichtingenbasis”, aldus Westland. “Vergis je niet in hoeveel klanten denken dat je slapend rijk wordt met ons vak. Die argwaan haal je hier in één keer mee weg.”

Beter zoeken
Dat model is aantrekkelijk voor kleine ondernemers. Zij weten vaak beter waar ze moeten zoeken dan recruiters. Ze kunnen dan toch een deel van het recruitmentwerk goedkoper laten uitvoeren, zelfs per uur. Volgens Westland werkt hij soms met bedrijven die zelf targetlijsten leveren die hij volgens een uurtarief nabelt. “Alles wat daaruit komt qua aannames is fee-vrij, we maken onze marge met de uren.”

Twee miljoen profielen
Bas van der Haterd van HRLog.nl is het eens met Westland. Hij denkt dat zakelijke netwerk- en cv-sites explosief zullen groeien in de komende jaren. Linkedin is volgens hem sinds april van 150 duizend Nederlandse leden naar 350 duizend Nederlandse leden gegroeid. Met wat ’natte vingerwerk’ stijgt het aantal profielen volgens Van de Haterd naar twee miljoen eind 2008.

“Ik verwacht dat straks ongeveer eenderde van de Nederlandse arbeidsmarktpopulatie op Linkedin te vinden zal zijn, vooral het hoger opgeleide segment”, aldus Van de Haterd.

Wieowie 
Vorige week nog startte de Nederlandse personenzoekmachine Wieowie.nl, die onder meer LinkedIn, Hyves, Schoolbank en YouTube doorgraaft. Wie zoekt op een naam krijgt direct op de profielen op die sites te zien. Mensen kunnen ook zelf een profiel aanmaken op Wieowie, dat dan eerst verschijnt voordat de webresultaten op de persoonsnaam worden getoond. De site, die advertentievrij is, zegt te willen verdienen door recruitmentbureaus toegang te geven tot uitgebreidere resultaten. Volgens de redenatie van Westland zou dat niet zo verstandig zijn en kan Wieowie beter die uitgebreide resultaten voor iedereen open zetten, zodat ondernemers zelf de volledige resultaten kunnen screenen.

Kritiek
Wieowie kreeg overigens bij de start meteen zowel lof als kritiek. Lof, omdat de site redelijk goed werkt. Kritiek, omdat Wieowie-oprichter Bart Kappenburg de site promootte als een goed middel voor HR’ers en P&O’ers om sollicitanten of personeel te checken. Tijdens de testperiode wezen enkele HR-afdelingen en recruiters op basis van doorklikken na de Wieowie-resultaten al sollicitanten af, stelt Kappenburg. “Maar Wieowie kan ook andersom werken: als ze iets goeds over je vinden op internet, maak je juist meer kans.”

Auteur: Tonie van Ringelestijn – Dit bericht verscheen eerder op Sprout.nl